TOON HERMANS is een
van de vijf redenen waarom ik op het podium sta. Jeugdheld dus.
Toon in Carré! Ik was twaalf ofzo! Hij verpletterde mij toen
vanaf de eerste seconde. De groeven van zijn langspeelplaten
werden loopgraven door het vele draaien. Als hij in die tijd op
televisie kwam, dan was het doodstil op straat. Dat wou ik ook!
Toen ik twee jaar geleden zes weken in Carré ging staan, belde
Het Parool. Of ze mij mochten spreken. Mocht! Maar ik had een
leuker idee: Mag ik voor jullie krant Toon Hermans interviewen?
Hij is uiteindelijk de uitvinder van de one-manshow en de eerste
die Carré omtoverde tot een kleine kroeg. Dat mocht zeker. Met
een blocnote naar zijn huis en een uurtje of twee zitten bomen.
Leuk gesprek. Deze foto is gemaakt in het Theaterinstituut. Toon
overhandigde daar een Edison aan de samenstellers van een
cabaretverzameling. Ik ging voor Toon. Wilde hem gewoon even de
hand schudden. Stomtoevallig stond hij 's morgens op mijn
antwoordapparaat. Dat ging over iets anders. Hier konden we niet
praten. Met een fotograaf of twintig om je heen is dat
onmogelijk. Dus hebben we een fotograafloze afspraak gemaakt.
Dat onzeker kijkende brilletje onderaan de foto is mijn zoon
Julius. Die vroeg na afloop: 'Wie was die meneer?'
|