Youp van 't Hek telt af - week 47



SCHRIJVEN, SCHRAPPEN, telefoneren, mailen, faxen, lezen & mijmeren. Veel mijmeren. Luisterend mijmeren. Luisterend naar Cecilia Bartoli, die Scarlatti zingt of Andras Schiff, die Bach speelt, maar ook Tamás Vásáry, die Rachmaninov pianoot of ons eigen Concertgebouworkest met Stravinsky of Gidon Kremer die Paganini vioolt. Alles eigenlijk. Ook Jaap Fischer of Stones of Beatles of Leonard Cohen. Ik ben nogal omnivoor. Of muziek afleidt? Ja. Daarom zet ik het vaak weer uit en dan toch maar weer aan. Achter mij teletekst op televisie! Nieuws! Bijblijven. Niet verslappen. Wat ik het meeste op mijn kantoor doe? Uitstellen! Uitstellen tot de deadline. Tot ze bellen! 'Je zou een liedje schrijven!' of 'Waar blijft je tekst nou?' Ondertussen lees ik, zittend in de luie stoel van mijn vader, of zoek ik een loopje. Parooltje kopen! Weekbladen halen! Zomaar even wandelen naar niks of niemand. Ommetje dus. Onderhand danst er tekst door mijn hoofd of dient een idee zich aan. Er staan drie lege koffiebekers. Als ik er twaalf heb, neem ik ze mee naar beneden. Veel kijk ik naar de foto van Piet Keizer. Een echte oude foto. Van mijn vriend Thomas Rap gekregen. Vlak voor zijn dood. Opeens liep hij naar zijn werkkamer, haalde de foto voorzichtig van de muur en gaf hem. 'Hier! Voor jou,' zei hij kort en vriendelijk. We waren allebei gek van 'Pietje', zoals wij hem nog altijd noemden. Piet Keizer was onze jeugdheld. Toen hij mij de foto gaf, wist ik dat hij gauw doodging. Ik wist het, maar ik durfde het niet hardop te zeggen. Hier schrijf ik. Het is het lab en de plek waar ik meestal zielsgelukkig ben.